HWP II wint ook in en tegen Goes
Goes 1 | Rating | HWP Sas van Gent 2 | Rating | Ronde 2 |
---|---|---|---|---|
Burgerhoff, M.J. (Rinus) | 1862 | Nemegeer, A. (Arne) | 2039 | ½ – ½ |
Feijter de, C.E. (Niels) | 1744 | Rycke de, T. (Tyani) | 2022 | 0 – 1 |
Welten, J.S.P. (Hans) | 1778 | Provoost, H. (Harry) | 2053 | 0 – 1 |
Feijter de, D.C. (David) | 1739 | Nieuwelink, K. (Kees) | 2104 | 0 – 1 |
Grochal, J. (Joey) | 2211 | Galle, A. (Andre) | 1955 | 1 – 0 |
Nieuwenhuijse, L.C.J. (Louis) | 1985 | Groffen, H. (Hans) | 2047 | ½ – ½ |
Groen, J. (Jari) | 1974 | Dutré, W. (Wonder) | 1876 | 0 – 1 |
Braak van de, J. (Joey) | 1889 | Dhooge, S. (Servaas) | 1669 | 1 – 0 |
Gemiddelde Rating: | 1898 | Gemiddelde Rating: | 1971 | 3-5 |
De tweede wedstrijd van het seizoen bracht ons naar Goes, om daar de gelijknamige ploeg te bestrijden. Ons ratingoverwicht was aanzienlijk, dus een snelle en eenvoudige overwinning was denkbaar. Zo ging het niet. Goes had een fantasieopstelling bedacht en die werkte behoorlijk. Als gevolg van deze opstelling vond André Galle zich aan bord 5 geplaatst tegen het Goese kanon Joey Grochal. Ondanks het feit dat André met wit speelde, kon hij geen vuist maken en werd hij uiteindelijk weggetikt in een dame-eindspel.
In de tussentijd waren we op voorsprong gekomen. De eerste van de onzen die een overwinning mocht vieren was Wonder. Hij speelde tegen het Goese jeugdtalent Jari Groen. Wonder mocht aantonen dat hij aanzienlijk meer in zijn mars heeft dan zijn rating doet vermoeden. Met de witte stukken koos hij al snel de aanval en bracht zwart in een knoop waaruit geen ontsnappen meer mogelijk was, althans niet voor de zwarte koning. Ook Tyani won relatief snel, hoewel het daar aanvankelijk totaal niet naar uitzag. Tegenstander Niels de Feyter brak door op de damevleugel en het zag ernaar uit dat onze dame weinig meer kon doen dan wanhopig tegenspartelen. Welnu, dat deed ze met verve. Nota bene vanuit de failliete damevleugel werd een vernietigende tegenstoot ingeleid die de Goesenaar tot wanhoop dreef. En de derde vroege winnaar was ikzelf. Net na de opening maakte ik een pionnetje buit en dat gaf de doorslag in het eindspel.
Arne Nemegeer slaagde er niet in de zwarte vesting te slechten die good-old Rinus Burgerhof opwierp. Onze benjamin Servaas probeerde ook een zwarte muur op te bouwen, maar helaas hadden zijn pionnen allemaal dezelfde kleur als die van zijn loper, die vergeefs probeerde gaten te dichten waar een vijandelijk paard in dreigde te springen.
Zo stonden we dus met 3,5-2,5 voor met Harry en Hans nog achter de borden. Harry was met wit al heel lang bezig zijn tegenstander naar de rand van de afgrond te duwen, en in het vijfde uur stortte zwart in de abyss. De wedstrijd was gespeeld en de resterende partij ging slechts om de eer en een bordpunt. Hans was erin geslaagd vanuit slechts stelling een aanval op de vijandelijke koning te genereren, maar die stokte nadat tegenstander Louis Nieuwenhuijse een kwaliteit had geofferd, waarvoor hij een vorst van een paard terugkreeg. Uiteindelijk mocht Hans in zijn handjes knijpen dat zijn tegenstander genoegen nam met remise.