We openden het seizoen tegen Wageningen, een tegenstander die we ondertussen goed kennen. In het wat verdere verleden wonnen we vaak met ruime cijfers, maar die tijden liggen ondertussen achter ons. Het harde pak op de broek van vorig jaar waren we nog lang niet vergeten. De aanloop naar de wedstrijd verliep niet vlekkeloos. Onze sterke mannen Thibaut, Thibaut en Steven waren uitgenodigd voor Inventi in Antwerpen en tot overmaat van ramp werd Simon de dag voor de wedstrijd ziek.

Het begin was uiterst beroerd. Helmut bereikte niets uit de opening en moest al snel in zetherhaling berusten. Dat ging nog wel, maar wat volgde was erger. De teamleider bereikte een prachtige stelling met een pion meer. Oeps! Truc overzien en opeens stond ik mat. Pijnlijk. Pijnlijk was ook de nederlaag van Tieme die eigenlijk geen schijn van kans had tegen Afek. Tieme kon nooit echt zijn ontwikkeling voltooien en daar wist Afek wel raad mee. Dat waren twee vervelende nederlagen en het probleem was dat het op de andere borden er ook niet erg spetterend uitzag. Goed, Tom had mooi voordeel en van Paul verwachtten we ook een punt, maar de stellingen van Maarten, Wouter en Johan baarden zorgen.

Johan kon het niet bolwerken tegen Timman, maar eenrichtingsverkeer was het zeker niet. Timman speelde een zware Nimzo op een manier die past bij zijn klasse, maar in het middenspel tastte hij ergens toch een beetje mis. Johan kwam terug in de partij, maar ondertussen begon de klok ook een woordje mee te spelen. In tijdnood ging onze man ten onder. Tot zover het slechte nieuws.

Wouter behandelde de opening matig tegen de Wageningse teamleider. Even spookte het woord ´hopeloos´ door mijn hoofd, maar Wouter is (in de beste Brugse traditie) een goede rommelaar. Rommel, rommel, rommel en opeens was daar toch een punt. Oef! Tom won mooi, echt waar. Het was waarschijnlijk de beste partij van de dag. In een Najdorf leek hij heel goed te weten hoe hij de zaken moest aanpakken, terwijl Van Eijk enkele mindere zetten speelde. Het omzetten van het voordeel verliep vlekkeloos. Toen won ook Hans nog. Aanvankelijk leek het een makkelijke overwinning te worden, maar tegenstander Franssen verdedigde meerdere keren nauwkeurig. Dat leidde ertoe dat zwart in het eindspel kon kiezen tussen zetherhaling of nog gaan voor de winst. Het eerste was het verstandigste, het tweede kon wel, maar niet zoals in de partij. Hans counterde bekwaam en won.

Toen de slotfase, met nog drie partijen onderweg. Paul ging winnen, dat kwam wel goed. Marnix leek op remise af te stevenen, maar zijn stelling was minder fraai dan voorheen. Maarten knokte al urenlang in een verloren stelling. Die stelling was ook nog steeds verloren, maar het was duidelijk dat de Wageninger grote moeite had met het afmaken. De slotfase was krankzinnig. Paul won en Maarten haalde miraculeus remise en toen was Marnix nog over. Ach, Marnix. Hij speelde het eindspel zo goed, maar de klok tikte. En tikte. Marnix won een toren en de pionnen van tegenstander. Er ontstond een eindspel van toren, loper en pion voor Marnix tegen alleen een toren voor Jonker. Maar die tijd, allebei nog twintig seconden. Natuurlijk had Marnix kunnen claimen of remise aanbieden, maar hij vergat het of hij blokkeerde of hij kende de reglementen niet goed. In ieder geval kwam er geen remiseclaim of remiseaanbod en de vlag viel wel. Gelukje voor de tegenstander, maar hem viel niets te verwijten.

Een overwinning hadden we niet verdiend, maar deze afloop was hartverscheurend. Nu, een gelijkspel lijkt een rechtvaardige uitslag, waar we niet over moeten klagen. Voor de volgende ronde tegen LSG moeten enkele spelers in trainingskamp, dat bleek wel uit de match van vandaag.

  Wageningen   HWP   5 5
1 Timman Goormachtigh 1-0
2 Van Eijk Piceu 0-1
3 Oorebeek Motwani 0-1
4 Afek Verlinde 1-0
5 Rademakers Cardon ½-½
6 Van Eekhout Leenhouts 1-0
7 Torn Gryson 0-1
8 Jonker Van der Zalm 1-0
9 Franssen Groffen 0-1
10 Stap Rademakers ½-½