
Het tweede team van Leiden hadden we vooraf aangemerkt als een gevaarlijke klip. Meestal ex-meesterklassespelers met een rating die wat omlaaggegaan is, maar schaken kunnen ze zeker.
Het Denksportcentrum in Leiden heb ik altijd een leuk lokaal gevonden. Voldoende ruimte voor de spelers, een gezellige, maar misschien iets te kleine, bar en een grote analysezaal. Een heel uitnodigende ruimte voor een partijtje schaken.
In de heenrit was ik nog aan het vertellen aan Glen en Arne dat me de vorige keren was opgevallen dat er altijd vrij veel dames speelden in de zaal. Voornamelijk in de lagere teams, maar toch. Het moet natuurlijk lukken dat ik bij mijn eerste rondje door de zaal moest vaststellen dat er op de 120 aanwezige schakers welgeteld nul dames waren. Zero. Nada. Toch wel straf.
Onze overwinning deze namiddag was verdiend. We kwamen nooit in gevaar en op enkele borden had het meer kunnen zijn.
De enige die de duimen moest leggen, was Lander. Wanneer hij in het eerste team speelt, valt zijn tijdverbruik op. Hij verbruikt heel veel tijd in de opening en het vroege middenspel. Zo stond hij ongetwijfeld gewonnen na een verdacht stukoffer van zijn tegenstander maar te weinig tijd op de klok zorgt voor een quasi onmogelijke verdediging. Een werkpuntje.
De halve punten kwamen op naam van Benjamin, Amir, Kurt, Helmut en mezelf. Benjamin en Kurt met solide spel egen spelers met een hogere rating. Amir drukte lang maar moest berusten toen er niet veel meer overbleef op het bord. Bij Helmut zag het er ingewikkeld uit, maar hij leek toch vooral onder druk te staan. Toen er een stelling met twee lichte stukken tegen een dame, maar met onveilige koning, op het bord kwam was het helemaal niet meer in te schatten hoe het nu stond. Remise is dan maar logisch? Ikzelf was de opening relatief goed doorgekomen en toen ik het initiatief kon nemen, mocht ik aan winst beginnen denken. Eelke speelde echter een paar nauwkeurige zetten en na nog een grote twist (alles correct volgens Stockfish) werd het zetherhaling. Ik hoor Glen weer iets zeggen over “veel risico’s”.
En Glen heeft tegenwoordig wel een beetje recht van spreken. De nieuwbakken papa wint gewoon alles sinds hij terug de straat op mag. Geen spectaculaire dingen, gewoon stevige zetten.
Arnes openingszet was briljant. “Wat is uw familienaam? Ik heb het niet goed verstaan.” Kijk, dat had IM Van Blitterswijk nog niet vaak gehoord. Het is een beetje het equivalent van het net voor de partij aan je teamgenoot vragen, duidelijk hoorbaar voor je tegenstander,  “Hoe springt dat paard weeral? Was dat recht?”. En vervolgens je tegenstander keihard inmaken. Want Arne won echt overtuigend, met zwart. Een pionntje incasseren en geen kansen weggeven.
Enrico deed het een beetje zoals Glen. Droog maar effectief.
Dat deed ook Elias, maar hoewel hij heel snel winnend voordeel leek te hebben, vertelde hij achteraf dat hij in het toreneindspel nog een stelling had waar het toch remise kon worden.
Solide overwinning. We blijven vooraan meedraaien.
