HWP III heeft in een grillige wedstrijd twee matchpunten gepakt op bezoek bij Bergen op Zoom I. Vooraf was ik daar niet gerust op, want ik kon me alleen trieste nederlagen herinneren daar in dat troosteloze schoolgebouw, zowel van het team als van mezelf. Ditmaal liep het anders. Om maar met mezelf te beginnen: in een solide partij van twee kanten waarin ik steeds licht voordeel meende te hebben, ontwaarde ik ineens een smerige truc. Om die in stelling te brengen, moest ik wel niet de sterkste voortzetting kiezen, maar veel kwaad kon het ook niet. Mijn gewaardeerde tegenstander, d’ aloude Marcel van Herck, zag zijn resterende tijd duchtig slinken, dus waarom niet geprobeerd? En hoewel zijn ogen nog goed open waren, tuinde de ervaren rot er in, was een stuk kwijt en reikte mij de hand.
Na een korte analyse van onze partij, bleek het al 3-4 te staan, terwijl Gert ook nog aan het winnen was. Hij had zich weliswaar vooral op een andere tegenstander voorbereid, maar de opening die hij op het bord kreeg, had hij ook nog nagekeken. Het resultaat was dat hij een klein positioneel nadeel de gehele partij ruim wist te compenseren met een aanhoudend initiatief, hetgeen in een gewonnen eindspel resulteerde. Eric had in de tussentijd aan het eerste bord Arjon Severijnen verschalkt, na onorthodox openingsspel van onze kopman tegen een klassieke Siciliaanse opstelling. Hoe dat verder verliep heb ik niet gezien, maar toen ik hem desgevraagd de elo van zijn tegenstander vertelde, kon ik wel zijn liederlijke reactie optekenen: “Dat was dus niet genoeg, hè”. Johan kreeg – in een klassieke BenOni – een lastig offer van de kleine kwaliteit tegen twee pionnen en ontmanteling van zijn koningsstelling gepresenteerd, en had dat naar eigen zeggen beter niet kunnen accepteren. Ook de beslissende fase in de partij van broer Rudy heb ik niet meegekregen, maar ik had in de fase daarvoor de indruk dat zijn tegenstander steeds iets beter stond. De opponent van Snijders stond niet alleen heel wat meer beter, hij had ook nog eens veel meer tijd. Maar de VU-manager begon wat te schwindelen, maakte daarbij een vijandelijke loper buit en kon vervolgens ook nog verscheidene witte pionnen oprapen. En die lagen aanzienlijk minder zwaar op de maag dan de tiramissou die ons even later zou vellen.
Groot misfortuin trof onze enige speler beneden de 58, Wonder. Hij trok furieus en met behulp van een dubbel stukoffer ten aanval en kwam ongetwijfeld gewonnen te staan. Maar toen hij verzuimde onderweg een stuk terug te pakken en een niet bestaand mat bleef najagen, trokken zich allengs steeds donkerder wolken boven zijn positie samen. Hij had beter verdiend. Rest ons de nestor onder de nestoren, supersub Martin Stam. Hij speelde een modelpartij met een soort StoneWall, waarin hij eerst de juiste stukken afruilde om vervolgens de witte koningsstelling te vernietigen. Het was een genot om te aanschouwen.
We hebben nu weer wat lucht en hopen in de voorlaatste ronde tegen Sliedrecht 2 het behoud veilig te stellen. Daarna volgt tenslotte op 21 mei de nog in te halen wedstrijd uit de vijfde ronde tegen Landau.
Bergen op Zoom 1 | HWP 3 | 3-5 | |||
---|---|---|---|---|---|
1 | Arjon Severijnen | 2110 | Eric van de Wynkele | 2058 | 0-1 |
2 | Freek Schouten | 2081 | Johan de Zwart | 1958 | 1-0 |
3 | Marcel van Herck | 2088 | Marnix van der Zalm | 2048 | 0-1 |
4 | Oliver de Hert | 1938 | Gert van Rij | 1841 | 0-1 |
5 | Tony Peleman | 2050 | Rudy van de Wynkele | 1892 | 1-0 |
6 | René Punt | 1792 | Frans Snijders | 1871 | 0-1 |
7 | Ruben Berend | 1815 | Wonder Dutré | 1814 | 1-0 |
8 | Levi Vriens | 1641 | Martin Stam | 1774 | 0-1 |
1939 | 1907 |