Best bijzonder, zo’n seizoen waarin alle tegenstanders op papier veel sterker zijn en waarin de ambitie is om zo snel mogelijk weer terug te keren naar de vertrouwde Zeeuwse competitie. Iedereen kan vrijuit spelen en alles is meegenomen.
We moesten het tegen Rijswijk stellen zonder ‘De Zwart’, zoals in het verslag van de teamleider van het tweede valt te lezen. Zijn vervanger heette Martin Stam. Martin is begin zeventig (het oudste team van Nederland werd daarmee gemiddeld nog iets ouder) en de laatste maanden van beroep messias. Decennia lang heeft hij niet geschaakt en nu is hij weer begonnen. Maar dat niet alleen, hij is meteen Manuel gaan assisteren bij de begeleiding van de jeugd. Èn hij is ook nog eens een ontzettend aardige vent, althans voor ons. Voor zichzelf is hij een stuk minder aardig, want hij vindt dat hij er nog maar weinig van bakt en hij denkt dat het nog wel een tijdje zal duren voordat hij weer enig niveau heeft. Daarom speelt hij het liefst in het vijfde team, waar ik Manuel niet over hoor klagen. Wat wil het geval? Martin heeft in zijn jonge jaren met succes in de hoofdklasse geacteerd. Nee, niet de Zeeuwse hoofdklasse, maar de Nederlandse. Met Philidor Leiden en bijna kampioen. Gisteren zag ik hem voor het eerst spelen en de klasse spatte er vanaf. In een partij waarbij gewone stervelingen als ik zich afvragen waar dan toch die compensatie zit voor dat pionnetje, wist hij good old Peter Monté voor grote problemen te stellen, door een mengeling van hele subtiele zetjes en onverholen agressie. Dat Martin uiteindelijk aan het kortste eind trok, doet niet ter zake. Het is duidelijk dat de komende jaren heel wat mensen last van hem gaan krijgen, daar aan het schaakbord. Welkom Martin!
De score werd geopend door Philip de Vroe, die zijn tegenstander in een scherp gespeelde opening met een prachtig dubbel pionoffer onder de voet leek te lopen, maar uiteindelijk remise nam in een stelling met een kwaliteit tegen twee pionnen. Direct na afloop toonde de computer een indrukwekkende route naar de winst, maar die was nog niet zo makkelijk te vinden geweest. Zelf nam ik ook genoegen met een halfje door zetherhaling, nadat ik een klein maar prettig voordeeltje door een onnauwkeurigheid had omgezet in een klein maar onprettig nadeeltje. Toen ik vervolgens de partij kort zat te analyseren in de bar, zagen Adri, Herman en Rudy hun kans schoon. Met zo’n laffe en ook nog eens afwezige teamleider hoef je natuurlijk niet meer te onderhandelen over een remise-aanbod. Herman – die de sterke Rob van Helvoirt stevig partij had geboden – probeerde nog wat massagewerk door op te merken dat die en die en die goed stonden dan wel gewonnen hadden, maar daar kon ik tegenover stellen dat die (en die en die) in het derde speelden en niet in het vierde. Ik kan overigens niet anders dan hen vergiffenis schenken, die clubgenoten voor het leven. Het waren ook drie hele knappe halfjes.
Onze kopman Snijders baalde na afloop stevig. Na een moeizaam begin had hij een uitstekende stelling verkregen die hij in één zet helemaal had weggegeven. Gedesillusioneerd, heet dat. Het goede nieuws is echter wel dat de man dit seizoen veel meer goede zetten doet dan de laatste jaren, dus dat belooft nog wel wat. Rest ons John Gommers. John is net geen tachtig, dus kan hij in de zomermaanden nog best met de auto zijn Russische vrouw naar haar geboorteland voeren. En als je dat kunt, dan kun je natuurlijk ook best wat krijgshaftigheid aan de dag leggen in 3F, nietwaar. John speelde zo’n langzame, strategische dichtschuifpartij in het Frans, met vrijwel al zijn pionnen op wit. Toeschouwer Cees de Wolf (geweldig leuk dat hij er was) zal ervan genoten hebben. Het zijn van die partijen waar witspelers volgens mij vaak niet weten wat er gaande is, totdat het te laat is. Dat was het nog net niet toen tegenstander (de toch niet kinderachtige Roel Leezer) hem remise aanbood. John vroeg beleefd of hij door mocht spelen, want hij voelde dat hij de stelling onder controle begon te krijgen. Helaas opende hij daarna één lijn te weinig, zodat hij geruime tijd later alsnog in remise moest berusten.
Geen matchpunten dus, maar wel drie hele goeie bordpunten en er heeft best meer in gezeten. Op naar Gouda.

HWP IV   Rijswijk I   3-5
1 F. Snijders 1904 A. Cupido 2077 0-1
2 H. van de Wynkele 1936 R. van Helvoort 2168 ½-½
3 M. van der Zalm 2062 M. van Liempt 2068 ½-½
4 A. den Hamer 1797 F. Hoynck van Papendrecht 2058 ½-½
5 R. Pauwels 1757 J. Bulthuis 1922 ½-½
6 P. de Vroe 1880 A.Gallardo Lopez 1998 ½-½
7 J. Gommers 1860 R. Leezer 1959 ½-½
8 M. Stam P. Monté 1879 0-1