Weliswaar is DSC 4 het zwakke broertje uit de reeks maar het was toch een hartverwarmende overwinning. Volgens het beproefd recept, geen enkele partij verliezen en er een paar winnen.
Het kon niet beter beginnen, Eric aan bord 1 veegde de vloer aan met de opening van zijn sterke tegenstander en toen hij op zet 22 een tweede pion won bij overwegende stelling gaf de tegenstander het ontmoedigd op. Dit effende het pad naar de zege. Temeer daar ook de twee andere topborden van DSC in bedwang werden gehouden door respectievelijk Jim en Andre. Voor beide een goed resultaat tegen een hoger gekwoteerde tegenstander. Gert, die wat praktijk mist de laatste maanden, speelde een degelijke remise en ook Emile deed dit. De enige speler die in moeilijkheden leek te zijn was Herman. Het was van in het vroege middenspel tot het late toreneindspel verdedigen geblazen en de uiteindelijke remise was een opluchting. Etienne was naar een laag bord verbannen en vond daar het eerste vol punt waar hij naar zocht. De score werd dan verder opgedreven door Maarten die een moeilijke stelling omgetoverd had in een gewonnen eindspel dat echter veel geduld en techniek vroeg maar met bravoure werd afgewerkt. In eigen land heeft Maarten de 2000 barrière doorbroken en hij bewees hier dat dit zeer terecht is.
Met deze vierde overwinning staat HWP 3 op plaats 2. Wie had verwacht dat we in ronde 6 voor de eerste plaats zouden spelen. Daarvoor moeten we dan wel ruim winnen tegen de koploper, maar als het toch meezit, waarom niet?
HWP 3 | DSC 4 | 5,5-2,5 | |||
1 | Van de Wynkele Eric | 2020 | Stam Hans | 2120 | 1-0 |
2 | van de Vreede Jim | 2005 | Buzing Pieter | 2087 | ½-½ |
3 | Galle Andre | 1870 | de Jonge Maartje | 2069 | ½-½ |
4 | van Rij Gert | 1959 | Wiersma Arno | 1951 | ½-½ |
5 | Van de Wynkele Herman | 1956 | van den Broek WJ | 1908 | ½-½ |
6 | Van Leeuwen Etienne | 2074 | Goossens Pieter | 1901 | 1-0 |
7 | De Vleeschauwer Maarten | 1895 | van den Hooven Evert | 1895 | 1-0 |
8 | Boucquet Emile | 1819 | Lont Jelle | 1804 | ½-½ |