Het mocht niet zijn, we zijn er uit geknikkerd. Het tweede deel van de match was nochtans spannend.
Voor het eerste deel verwijs ik graag door naar Koen en Ivo, zij waren de enigen die toen fysiek aanwezig waren. Twee en een half uur file op de Ring van Antwerpen waardoor Tieme en ik pas rond 21u.20 ter plaatse waren. Dankzij het begrip en de welwillendheid van onze tegenstanders hadden we nog 40 minuten over voor onze eerste 40 zetten en konden we er toch nog een match van maken.
Koen en Ivo op 1 en 3 met zwart. Om 21u.20 zagen die stellingen er alvast niet meer zo fris uit. Maar, met 2 spelers in vorm is dat niet zo erg: allebei een kwaliteitsoffer en plots stellingen waar zelfs overwinningen lijken in te zitten.
Tieme en ik waren ondertussen aan het snelschaken, met verschillende strategieën. Tieme hield de stelling zo eenvoudig mogelijk en met een hele reeks gezonde zetten had hij zich naar een winststelling met pluspion gewerkt. Ikzelf smeet er uit goede gewoonte meteen 2 pionnen tegen, mijn grotere ervaring in dit soort stellingen reduceerde snel de tijdachterstand.
De tijdnoodfase nadert. Koen en Ivo zijn plots klaar. “2-0, Menno”, zo roept Tomas Willemze ons in het oor. Ha? Voor ons? Neen dus, Koen (tegen Tomas) – naar eigen zeggen nooit echt de winst in zicht gehad – en Ivo (tegen Jelmer Jens) hebben toch de vlag moeten strijken.
Balen, want met een winnende stelling voor Tieme op het bord moet ik op zet 41 vaststellen dat ik mijn eigen winststelling tegen Menno Okkes verprutst heb. Ik kan kiezen uit eeuwig schaak of mat gezet worden in een zet of 3. Twee minuten later wordt de keuze gemakkelijker: Tieme heeft tegen Alexander Van Beek in zijn laatste zetten voor de tijdcontrole twee pionnen weggegeven en kan in het eindspel hoogstens remise halen. Remise bij mij dus en de uitschakeling is een feit. Dat Tieme om middernacht nog een vol stuk wegblundert en zo nog verliest, is enkel nog goed voor de statistieken.